De overtocht van Heeg naar van Ewijcksluis.

Zondagavond 14 mei was het dan eindelijk zo ver. Na een familiebezoekje afgelegd te hebben in Apeldoorn zijn we 's avonds terug gegaan via Friesland. Wij zijn ons laatste nachtje aan boord in Heeg door gaan brengen en Linda heeft de auto meegenomen naar huis.
Maandag 15 mei zijn we op tijd opgestaan om ook op tijd te kunnen gaan varen. De planning was om iedere dag om negen uur te vertrekken en dat hadden we bijna gehaald. Kwart over negen voeren we de haven uit waar we de afgelopen 10 jaar met een boot hebben gelegen. We moesten toch wel even slikken, want een beetje een raar idee was dat wel.

Vertrek uit Heeg..Vertrek uit Heeg.

Aangezien we iets later weg waren dan gepland en toch wel een groot stuk wilden varen deze dag, zijn we meteen van de orginele planning afgeweken. Eigenlijk wilden we Friesland uit via Woudsend, Sloten en dan naar Follega, maar nu besloten we via de Jeltesloot en het Prinses Margrietkanaal naar Follega te gaan. Dat vaart iets beter door en is ook iets korter.
Dat bleek ook te kloppen, want anderhalf uur later gingen we al door de brug bij Follega. Vervolgens zijn we het Tjeukemeer overgestoken en waren om half twaalf bij Echtenerbrug. We waren best wel vlug Friesland uit. Het schip liep lekker door met zo'n 10 km/h gemiddeld dus de kilometers tikten langzaam weg. Net na twaalf uur kwamen we aan bij de Oldelamerbrug in de Jonkers of Helomavaart (op de kaart van Overijssel al). Dat was jammer, want deze brug moet voor ons open en was gestremd van twaalf tot één. We zijn dus maar even aan de kant gaan liggen voor een broodje en een kopje koffie. Vlak nadat we die op hadden konden we onze weg weer vervolgen. Op naar de eerste sluis van deze tocht, één van velen, de Linthorst Homansluis. Die heeft geen groot verval en het duurde dan ook niet lang.

Het Tjeukemeer achter ons..De brug van Echtenerbrug.

Om twee uur gingen we door Ossenzijl in de richting van de Weerribben. Ondertussen hadden we de weersverwachting gehoord voor het einde van de week en besloten zo veel mogelijk afstand te winnen om in ieder geval al het grote water gehad te hebben voordat het harder ging waaien. De planning was om deze dag naar Zwartsluis te varen, maar nu besloten we na de Weerribben via Blokzijl naar Kampen te varen. Ten eerste hadden we nog nooit in Kampen gelegen en ten tweede scheelde dat de volgende dag anderhalf uur varen. In ieder geval genoten we weer van de mooie huisjes langs de Kalenberger gracht net als een jaar daarvoor. Wel viel het op dat er nu erg veel te koop staan dus als er nog iemand een leuk huisje aan het water zoekt..... Om half drie kwamen we door Kalenberg zelf en zo'n drie kwartier later bij het Giethoornse meer. Dat was de plek waar we nu moesten kiezen om richting Blokzijl te varen en dat hebben we ook gedaan.

De brug over de Kalenbergergracht..Veel leuke huisjes in de Weerribben.

Om kwart voor vier waren we bij Blokzijl waar we terecht kwamen in een leuk klein sluisje met meerdere schepen tegelijk. Er zaten zowaar nog meer mensen op het water. Direct na dit sluisje kom je in de havenkom van het oude stadje en eigenlijk was het best jammer dat we geen tijd hadden om even te stoppen. Maar goed, de klok tikte door en Kampen was nog een stukje varen. Om vijf uur kwamen we over het Zwarte meer, waar we heel even getwijfeld hebben of we rechtsaf zouden slaan naar Ketelhaven. Dat zou de volgende dag nog meer tijd schelen, maar we wilden toch wel graag een keertje Kampen aan doen dus we zijn verder gevaren in de richting van Kampen. Via Grafhorst kwamen we om half zeven aan bij de sluis van Kampen. Keurig op tijd dus, want deze wordt bediend tot zeven uur. Een kwartiertje later vonden we een leuk plaatsje in de passantenhaven van Kampen, binnen de stadmuren.

De haven van Blokzijl..Ons plaatsje, midden in Kampen.

Dinsdag 16 mei zijn we weer netjes op tijd ons bedje uitgeklommen om weer op tijd te kunnen vertrekken. Dat lukte dit keer ook en we vertrokken keurig om negen uur uit de haven. Het zou ongeveer een uurtje varen zijn naar Ketelhaven, waar we weer een sluis kregen. Eenmaal op de IJssel bleek er wel erg veel wind te staan en door de stroming van de IJssel en de windkracht vijf tegen kregen we een rare korte golfslag. Dat betekende dus wat meer de koers aanpassen en dus konstant tegen sturen. Op het Ketelmeer kregen we echte golven te verwerken. Daar maakte die windkracht vijf tegen toch wat meer indruk en we hadden de ruitenwissers nodig om het overkomende buiswater van de raampjes te krijgen. Dat duurde maar een kwartiertje en we kwamen net na tien uur bij de Ketelsluis aan. Die sluis zou volgens de Almanak gestremd moeten zijn tot kwart over tien, maar gelukkig had de sluiswachter de Almanak niet gelezen en we kregen meteen bediening. Dit was ook meteen de eerste sluis met een flink verval, want we gingen zo'n vijfeneenhalve meter naar beneden de Flevopolder in. Dat verliep voorspoedig en zo'n tien minuten later konden we de Hoge Vaart op richting Almere-haven.

Kampen achter ons, gezien vanaf de IJssel..Groot verval in de Ketelsluis.

De Ketelsluis achter ons..De Hoge Vaart in de Flevopolder.

Tegen twaalf uur passeerden we Biddinghuizen. In de orginele planning zouden we hier ergens gaan overnachten, maar we hadden al zoveel tijd gewonnen dat we rustig door konden varen. Vlak na Biddinghuizen zijn we een broodje gaan eten, maar daar zijn we niet voor gestopt. De Hoge Vaart is een redelijk saai kanaal met best wel een mooie omgeving, maar je gaat daar alleen maar rechtuit en erg veel afwisseling zit er niet in. Dus maar door blijven varen. Rond half twee kwamen we langs Zeewolde dus Almere-haven leek makkelijk te halen. Een uurtje later zagen we in de verte voor ons nogal wat beroering in het water, maar zelfs met de verrekijker konden we niet precies thuis brengen wat het nou precies was. Totdat we er waren, er lag een grote groep Aalscholvers midden op de sloot die druk aan het vissen waren. Toen we vlakbij waren, echt vlakbij, vlogen ze op om vervolgens honderd meter verder weer op het water te gaan zitten. Dit ging een klein half uur zo door terwijl de groep steeds groter werd. We hebben dus een escorte gekregen van Aalscholvers die kennelijk gebruik maakten van het feit dat wij de vissen aan het opjagen waren.

Aalscholvers in de Flevopolder..Aalscholvers in de Flevopolder.

Om half vier draaiden we de Lange Wetering op bij Almere. Daar liggen veel woonboten en we kwamen langs tien lage bruggen dus de snelheid moest er uit. Aan het begin van de Lange Wetering stond een bord waarop de doorvaarthoogte aangegeven stond van 2.25 meter. De Almanak meldt hier 2.50 meter en we hebben zo'n 2.28 meter nodig. Niet te hard dus en goed kijken. Bovendien wordt op een bord de diepgang aangeven van maximaal 1.00 meter. Dat moest geen probleem zijn, we steken maar 76 centimeter diep.

Kasteel in aanbouw in Almere..Door Almere-haven.

Om kwart voor vijf zijn we door de sluis van Almere-haven gegaan, waar we weer ruim vijf meter omhoog moesten, om vervolgens een plaatsje te vinden in de havenkom daarachter. Daar bleken we midden tussen de horecagelegenheden te liggen, waar we overigens geen gebruik van gemaakt hebben. We hadden tenslotte eten aan boord, dat ga je ook niet weg gooien. 's Avonds is Erik uit Lelystad nog even op bezoek gekomen, dat is dichtbij, en hebben we gedrieen een kopje koffie genuttigd in de kuip. Erik had wat lekkers meegenomen voor bij de koffie dus dat hebben we ook maar lekker opgepeuzeld. Vervolgens zijn we lekker op tijd gaan slapen, want we waren best moe van de twee lange dagen varen. Mede om die reden besloten we de volgende dag niet zo heel lang door te varen, maar te stoppen ergens in Amsterdam-Noord of Purmerend of iets dergelijks.

En weer een groot verval in de sluis bij Almere-haven..Ons plaatsje in Almere-haven.

Woensdag 17 mei zijn we wederom op tijd opgestaan. Eerst nog even vers brood gekocht in Almere-haven en vervolgens zouden we vertrekken. Om half negen trokken we de luiken open van het motorcompartiment, dat doen we altijd voor vertrek om het wierfilter te controleren en de schroefasafdichting aan te draaien. Vervolgens zagen we zeker 20 centimer vloeistof onderin de boot staan, dat was even schrikken. Eerst geprobeerd vast te stellen wat het was, maar dat was nog niet makkelijk. Het was heldergroen van kleur en het rook eigenlijk nergens echt naar. Olie of diesel was het niet, dat was makkelijk te bepalen. Als je een beetje overboord gooit en het maakt geen olievlek op het water dan is het geen olie. Koelwater kon niet, want het motorblok lekte nergens. Bovendien koelen we met slootwater en dat is niet heldergroen. Uiteindelijk de bilge maar leeg gepompt en toen is Christa het toilet door gaan spoelen om te kijken wat dat deed. En ja hoor, de septic tank lekte. Niet leuk, maar zeker ook geen ramp dus om kwart over negen toch vertrokken. Vanaf nu de septic tank wat vaker leeg pompen dus.
In ieder geval toch vertrokken en via het Gooimeer, onder de A6 door, naar het IJmeer en zo naar Muiden. Tegen elf uur lagen we in de sluis bij Muiden, een vreselijk leuk plaatsje, waar we 2,75 moesten afrekenen voor het schutten. Dit klopte niet met de Almanak, maar we kregen er wel een mooie kaart van de Vechtstreek voor en een boekje met informatie. Al met al zag het er heel netjes uit.

Het Muiderslot in Muiden..In de sluis van Muiden..

Na de sluis voeren we de Vecht op richting Weesp. In Weesp zelf kregen we drie bruggen die open moesten. Daar moest de snelheid er flink uit, niet alleen omdat je er niet harder mag, maar ook omdat de brugwachter met zijn fiets naar de volgende brug moet. Alle drie de bruggen worden door dezelfde brugwachter bediend, maar niet op afstand. Het was maar een klein stukje van de Vecht, maar hier willen we zeker van de zomer nog terug komen. Het is een hele mooie omgeving en erg leuk om doorheen te varen.

De kerk van Weesp..Een molen in Weesp.

Na Weesp moesten het Amsterdam-Rijn kanaal oversteken, maar de drukte viel mee. Direct na het oversteken moesten we een sluis door met een beweegbare brug. De sluis staat open, maar de brug niet. Bediening voor de brug moet je aanvragen door een telefoonnummer te bellen, lang leve de mobieltjes. We kregen vlot bediening en voeren daarna onder de A9 door en Diemen in. Ook daar moesten we twee bruggen door, maar ook die werden vlug bediend. Vervolgens werd het toch echt door Amsterdam varen. Eerst de Amstel op, waar we al snel het Amstelhotel in zicht kregen en onze doorvaart moesten betalen bij de Amstelsluis, recht voor Carré. We moesten voor een schip van 7 meter 6,30 euro afrekenen.

De Amstel in Amsterdam..In de Amstelsluis voor Carré.

Midden in Amsterdam..Op de Oudeschans in Amsterdam.

Hierna zijn we via de Oudeschans naar het Oosterdok, achter het Centraal station, gevaren. Onderweg de nodige uitwijkmanouvres moeten maken voor rondvaartboten trouwens. Er zat bijna niemand in, maar het waren er wel veel.
Na het Oosterdok het Noordzeekanaal op gevaren die we schuin over moesten steken naar de ingang van het Noord-hollands kanaal. Via de Willemsluis moesten we daarin. Dit was de eerste sluis waar we dik twintig minuten hebben moeten wachten. Niet omdat de sluiswachter het zo druk had met zijn werk, maar al die dames die langs kwamen op de fiets waren voor hem veel interessanter dan zijn werk waarschijnlijk. Dus, samen met nog een jachtje, moesten wij maar wachten. In ieder geval was de sluis geen probleem en tegen half drie voeren we het Noord-hollands kanaal op.
We vonden het nog geen tijd om al te stoppen voor deze dag dus we besloten door te varen naar Purmerend. Via Ilpendam kwamen we om kwart voor vier in Purmerend aan, maar de enige ligplaatsen waren langs het kanaal en daar hadden we niet zo'n zin in. Er was geen sanitair en wij zaten met een lekkende septic tank. De beslissing dus maar genomen om toch weer wat langer door te varen en te overnachten in de Woudhaven bij het Alkmaardermeer. Op de sluis van Purmerend moesten we bijna een half uur wachten, omdat ze bezig waren met een inspectie van de sluis. Uiteindelijk waren we er pas om half vijf doorheen.

Wachten op de Willem sluis..De sluis in Purmerend.

Via Spijkerboor, Oost Grafdijk en West Grafdijk kwamen we om kwart over zes bij de Woudhaven. Die bleek volledig verbouwd te worden, maar er waren genoeg steigers vrij om aan te leggen dus dat hebben we ook gedaan. Daarna hebben we even het sanitair en de direct omgeving bekeken. Dat was gewoon één grote puinhoop, de kant was modder en de toiletten waren allemaal dicht op één na en die lag vol met rotzooi. Een lange dag was het toch al dus we hebben de motor weer gestart, Alkmaar was nog maar een uurtje varen. Dat hebben we dan ook gedaan, waar we rond half acht aan de Bierkade een mooi plaatsje vonden. Na het afmeren hebben we Bart en Christine gebeld, die tenslotte in Alkmaar wonen, en die zijn gezellig even een kopje koffie komen drinken aan boord.

Aan de Bierkade in Alkmaar..Dicht naast de Accijnstoren/havenkantoor.

Donderdag 18 mei zijn we weer keurig op tijd opgestaan, maar dit keer niet om op tijd te vertrekken, zo heel ver was het niet meer. We zijn eerst gaan ontbijten bij Bart en Christine thuis om daarna pas, om half elf, te vertrekken voor het laatste stukje via het kanaal Omval-Kolhorn.
Om tien over elf kwamen we bij de spoorbrug bij Heerhugowaard, waar we weer snel bediening kregen en om twaalf uur waren we bij de Roskamsluis in Langedijk. Ook die ging voorspoedig. Hierna begon het toch wel erg hard te waaien, er stond windkracht zes uit, en moesten we de tent gedeeltelijk dicht doen i.v.m. met de koude wind. Lincious werd ook minder makkelijk te besturen door de harde wind die het grootste deel van de tijd recht achterin stond.

Op het kanaal Omval/Kolhorn ter hoogte van Oudorp..In de Roskamsluis in Langedijk.

Tegen half twee kwamen we aan bij de Braaksluis bij Kolhorn die gestremd is tot half twee. Nu kregen we echt last van de wind, die stond erg hard in, schuin van bakboord achter. Stil liggen kon niet en de enige steiger zat aan lager wal en daar wil je ook niet liggen met die harde wind. We zijn dus maar heen en weer blijven varen, het zou tenslotte maar zo'n vijf minuten mogen duren. Even na half twee was er echter nog steeds geen aktie bij de sluis dus zijn we toch maar wat dichter bij de steiger gaan kijken. Daar bleek een knop op te zitten voor aanmelding. Er zat dus weinig anders op, de stootwillen eruit en naar die steiger toe. Net toen we er lagen kregen we toch groen/rood. De sluiswachter was dus gewoon laat. Helaas voor ons te laat, want door de harde wind gingen we hard tegen de steiger en liepen een kras op aan de stuurboordzijde van het schip. Gelukkig bleek die er later zo goed als helemaal uit te poetsen. De bediening in de Braaksluis ging wel vlug en dus gingen we voor het laatste stukje van Kolhorn naar van Ewijcksluis via het Waardkanaal en het Amstelmeer.

Aanlegplaatsen bij Kolhorn..Het Waardkanaal, vlak voor het Amstelmeer.

Op het Waardkanaal trok de wind nog meer aan, bovendien werd het duidelijk dat we de wind op het Amstelmeer zo'n beetje recht tegen zouden krijgen. We hebben dus de tent rondom maar goed dichtgedaan en vastgezet op alle drukknopen. Eenmaal op het Amstelmeer bleek dat geen overbodige luxe. Het begin viel nog wel mee, maar toen zaten we nog onder de wal. Halverwege kwam het buiswater met bakken over het schip heen. Iedere drie a vier golven dook de boeg in een golf en kwam het water over het hele schip heen. De ruitenwissers konden dit niet aan dus voor ons was het een hele toer om, iedere keer als we weer zicht hadden, de volgende boei te zoeken. Het schip hield zich echter keurig. We gingen niet zwaar rollen, we bleven keurig op koers en konden onze snelheid vast houden. Rond kwart over drie konden we aanmeren aan de wachtsteiger buiten van Ewijcksluis. De brug gaat alleen op het hele uur open dus we moesten even blijven liggen. Om vier uur konden we naar binnen om in onze nieuwe box af te meren.

Het Amstelmeer, nog onder de wal..Veel buiswater midden op het Amstelmeer.

Bij de brug van van Ewijcksluis..In de box in de haven van van Ewijcksluis.

Vrijdag zijn we terug gegaan naar het schip (handig dat die dichtbij huis ligt) om de laatste spullen op te halen en om de septic tank te demonteren. Voor dat laatste moesten we een groot deel van de boot uit elkaar schroeven, maar al met al was hij er nog vlot uit. Er bleek een las gescheurd te zijn van de aluminium tank. De tank hebben we zaterdag weg gebracht naar een lasbedrijf die hem verwacht voor een paar tientjes te kunnen repareren. Dan controleren ze meteen alle andere lassen om dit probleem voorlopig niet meer terug te krijgen. Het ergste leed is dus al weer geleden. Totdat de tank gerepareerd is hebben we dus even geen toilet aan boord, maar de verwachting is dat dit hooguit een week of twee gaat duren.
Op naar de volgende tripjes in Noord-Holland. Daarover later weer meer.



Klik op een plaatje hieronder voor een kaartje van de afgelegde route.
Klik voor de route van maandag 15 mei 2006. Klik voor de route van dinsdag 16 mei 2006. Klik voor de route van woensdag 17 mei 2006. Klik voor de route van donderdag 18 mei 2006.